Op deze stad, rust al voor jaren lang een vloek. Deze vloek is een pest voor elke inwoner. Hij is gekomen en nooit meer weggegaan. De oorzaak is al die jaren nog steeds onbekend gebleven. Mensen sterven sneller, kwade geesten komen in huizen rond dolen, demonen worden door de stad aangetrokken en maken de straten in de avond onveilig en niemand kan de stad verlaten. Eenmaal erin, zal je er nooit meer uit kunnen komen. Maar het ergste is nog, de avond van de nieuwe maan. Iedereen die deze avond buiten rond dwaalt, verliest zijn of haar leven gegarandeerd. Niemand weet hoe dit komt of waarom, maar het enige wat er de volgde ochtend te vinden zal zijn, zijn bloedsporen van het slachtoffer en enorme klauw afdrukken van bloed. En elke avond als er een nieuwe maan geweest is, lijken de afdrukken van de poten steeds groter en steeds angstaanjagender te worden. Hoewel de meeste bewoners dit onbekende vrezen en elke avond van de nieuwe maan veilig thuis zitten, vinden sommige het een uitweg. Ze worden ze gek van die stad, steeds op dezelfde vervloekte plek, dat ze hun leven word ontnomen en ze kunnen wegvluchten door de dood.
Toch proberen de meeste mensen er wat van te maken. Ze leven eigenlijk net zoals wij leven, maar dan op één dezelfde plek. Ondanks dat het maar één plek is, is de stad groots en heeft het elke voorziening die je je kan bedenken. Parken, zwembaden, winkels, restaurants, niks is er vergeten. Zo proberen de mensen de vloek te vergeten, door zo veel mogelijk te genieten van het leven. Ondanks dat hun leven toch in gevaar is, door de demonen die naar de stad toe getrokken worden, door de negatieve energie en de kille sfeer die er hangt. Daarom is elke bewoner ook verzocht een wapen bij zich te dragen, voor zelfverdediging.